Château- Chalon

Uitkijkend over het dal van de Seille en de vlakte van Bresse waakt
het Château-Chalon over zijn wijngaard.

De wieg van de beroemde ‘vin jaune’.

Tussen de graslanden, de bossen van het Jura-plateau en de wijnranken onderaan het klif ontstond het dorp ooit rond een benedictijnse abdij, waar de romaanse Saint-Pierre-kerk met zijn lokale kalkstenen ‘laves’, of dakpannen, nog aan herinnert, en een kasteel, waarvan nu nog slechts de resten van een slottoren te vinden
zijn.

Met de rijtjes solide huizen van de wijnboeren, vaak voorzien van een bordes en een grote boogpoort, leidt bijna elke straat in Château-Chalon naar een van de vier torens met zicht op de wijn-gaard, waar de savagnin heer en meester is. Van deze typische druif wisten de wijnboeren in hun verborgen kelders de ‘vin jaune’ te
maken, die minstens zes jaar en drie maanden moet rijpen in eiken vaten. In het hart van het dorp komt de oude kaasmakerij weer tot leven, met de geheimen van het maken en rijpen van de Comté. De school is herbouwd zoals hij in 1928 was en in het Maison de la Haute-Seille is het bureau voor toerisme gehuisvest, maar ook een inter-actief museum over de streek en zijn wijnen.

Bron: Les plus Beaux Villages de France